LITMIR.BIZ

Скачать книгу

Kleding.

      Ik vind leuk goede kleding hebben. Ik heb heel veel kleding in mijn kast. Ik heb vier spijkerbroeken, omdat ik draag veel spijkerbroeken. Ik draag ook een t-shirt, hemd of trui. Als het buiten koud is, draag ik een trui. Als het warm is, draag ik t-shirts. Mijn favoriete kledingkleur is grijs. Ik hou van mooie comfortabele schoenen. Ik heb schoenen en sneakers. Ik koop graag kleding en schoenen met mijn mama, papa of vrienden. Er zijn veel kledingstijlen. Mijn favoriete kledingstijl is sportstijl. We willen allemaal mooi kleden hebben. We kopen ook comfortabele kleding. Soms ik kan niet vinden kleding of schoenen, die ik wil kopen.

      19. Одежда.

      Мне нравится иметь хорошую одежду. В моем шкафу у меня есть много одежды. У меня есть четыре пары джинсов, потому что я часто ношу джинсы. Также я ношу футболку, рубашку или свитер. Если на улице холодно, я ношу свитер. Когда тепло, я ношу футболки. Мой любимый цвет одежды – серый. Мне нравится красивая удобная обувь. У меня есть туфли и кроссовки. Я люблю покупать одежду и обувь с мамой, с папой или с друзьями. Существует много стилей одежды. Мой любимый стиль одежды – спортивный стиль. Мы все хотим одеваться красиво. Также мы покупаем удобную одежду. Иногда я не могу найти одежду или обувь, которую я хочу купить.

      20. Computers.

      Computers zijn een belangrijk deel van ons leven. Oude computers waren groot. Onze moderne telefoons zijn kleine computers. Er zijn veel programma’s in moderne computers en telefoons. We kunnen computerspelletjes spelen, e-mails schrijven, op computers of telefoons werken. Kleine computers zijn in moderne auto’s, supermarkten, cafes. Computers zijn in vliegtuigen en andere soorten transport. Computers werken in bedrijven. Moderne kinderen kunnen spelen, schrijven, tellen op een computer, films kijken, naar muziek luisteren. Studenten en scholieren studeren met een computer.

      20. Компьютеры.

      Компьютеры – это важная часть нашей жизни. Старые компьютеры были большими. Наши современные телефоны – это маленькие компьютеры. В современных компьютерах и телефонах есть много программ. Мы можем играть в компьютерные игры, писать письма по электронной почте, работать в компьютерах или телефонах. Маленькие компьютеры есть в современных автомобилях, супермаркетах, кафе. Компьютеры есть в самолетах и других видах транспорта. Компьютеры работают на предприятиях. Современные дети умеют играть, писать, считать на компьютере, смотреть фильмы, слушать музыку. Студенты и школьники учатся с компьютером.

      21. Reis naar Parijs.

      Anna wilt naar Parijs gaan. Zij wilt met het vliegtuig gaan. Anna koopt een ticket op internet. Zij wilt vijf dagen in Parijs zijn. Zo moet zij een hotel reserveren. De reis van Amsterdam naar Parijs duurt een uur. Anna neemt een taxi van het vliegveld naar het hotel. Anna gereserveerd een kamer met een bad in een prachtig wit hotel in het centrum van Parijs. Overdag gaat zij naar musea en s'avonds zit zij op het balkon in het hotel. Anna ontbijt in het restaurant van het hotel. Overdag eet zij in andere restaurants. Anna bezocht Louvre en andere musea, en ook kunstgalerijen. Anna heeft een vriendin, die in Parijs woont. Zij ging met haar vriendin naar het park. Anna's vriendin vertelde haar interessante informatie over de geschiedenis van Parijs. Die avond zaten ze samen in een café.

      21. Путешествие в Париж.

      Анна хочет поехать в Париж. Она хочет полететь на самолете. Она покупает билет в интернете. Она хочет быть в Париже пять дней. Таким образом, она должна заказать отель. Перелет из Амстердама в Париж занимает один час. Из аэропорта в отель Анна едет на такси. Анна заказала комнату с ванной в большом красивом белом отеле в центре Парижа. Днем она ходит по музеям, а вечером отдыхает на балконе в отеле. Завтракает Анна в ресторане отеля. Днем она кушает в других ресторанах. Анна побывала в Лувре и других музеях, а также в картинных галереях. У Анны есть подруга, которая живет в Париже. Со своей подругой она ходила в парк. Подруга Анны рассказала ей много интересной информации об истории Парижа. Вечером они вместе посидели в кафе.

      22. Eten in Nederland.

      Nederlanders eten weinig. In de ochtend eten ze een broodje en drinken ze koffie. Overdag drinken ze koffie en eten ze broodjes. 's Avonds eten ze warme eten. Meestal is het vlees of vis met groenten of rijst. Nicolas woont in Utrecht. Hij heeft een vrouw en een zoon. Nicolas eet graag vlees en pasta. Zijn vrouw Olivia eet graag vis, groenten en fruit. Hun zoon Thomas eet graag lekkere koekjes. Olivia doet boodschappen voor het gezin in de supermarkt. Soms gaat ze met Nicholas naar de markt. Op de markt kopen Nicholas en Olivia vlees, vis en kaas. Olivia kookt graag lekker eten. Ze heeft veel receptenboeken. Thomas houdt van de taarten die Olivia maakt.

      22. Питание в Нидерландах.

      Нидерландцы едят мало. Утром они съедают бутерброд и пьют кофе. Днем они снова пьют кофе и едят бутерброды. Вечером

Скачать книгу